De Nederlandse goederenexport is in mei opnieuw gekrompen na een korte opleving in april. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek stond vooral de uitvoer van machines, aardgas en aardolieproducten onder druk. Ook werden minder transportmiddelen uitgevoerd dan een jaar eerder.
De krimp bedroeg 4,3 procent. In april liet de export nog voor het eerst in bijna een jaar tijd een kleine groei zien met 0,4 procent. De goederenimport was in mei ook lager dan een jaar terug. Daar ging het om een daling van 1,7 procent.
De export staat onder druk doordat de industriesector al langer kwakkelt. Daardoor worden minder producten uitgevoerd, legde CBS-hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen vorige maand nog uit. De situatie op de arbeidsmarkt speelt hierbij waarschijnlijk een grote rol. “De industrie heeft niet genoeg mensen om al het werk uit te voeren. Dat is het grootste probleem, meer nog dan een gebrek aan vraag.”
Van Mulligen zei dat nadat in een nieuwe raming duidelijk was geworden dat de Nederlandse economie in het eerste kwartaal sterker was gekrompen dan gedacht. De bijstelling kwam vooral doordat uit nieuwe gegevens bleek dat de impact van de industrie op de export groter was dan eerder ingeschat.
Het ziet er niet naar uit dat de situatie voor de export snel verbetert. Het statistiekbureau meet ook iedere maand of de omstandigheden gunstig of ongunstig zijn voor de internationale handel. Volgens die zogeheten exportradar zijn de omstandigheden voor de export in juli ongunstiger dan in mei.
Dat laatste komt vooral doordat de industriële productie in Duitsland, Nederlands belangrijkste handelspartner, recent sterkere krimp liet zien. Ook is het oordeel van Nederlandse producenten over de buitenlandse orders verslechterd. (ANP)